Specialistenwerk! (Archieffoto) |
Het Pinksterweekend liet dit jaar zijn sporen na. Een spoor van vernieling, want in de nacht van 8 op 9 juni trok een verwoestende hagelstorm over onze streek. De schade aan huizen en in tuinen was groot, en tal van auto’s liepen deuken op. Ook de bijna 5000 gloednieuwe Volvo’s op de parkeerterreinen van Esdic, Volvo Car Gent en op het Mercatordok – wachtend om getransporteerd te worden – kregen het helaas zwaar te verduren.
“Aanvankelijk dachten we nog dat 85 tot 90 procent beschadigd was, maar na grondige inspectie bleek elke auto wel iets opgelopen te hebben van schade,” vertelt superintendent Geert Verwilst. “De klant verwacht een perfect afgewerkte auto, dus een beschadiging – hoe klein ook – is ontoelaatbaar. Uiteindelijk hebben we alle auto’s onder handen moeten nemen.”
Het eerste - en laatste - criterium was: kwaliteit. Het was een hele prestatie om de 5000 auto's weer in tiptop-conditie te krijgen. |
Slecht nieuws, zo kort voor de vakantie. Maar ‘de een zijn dood is de ander zijn brood’, al moeten we in dit geval de uitspraak gelukkig niet zo letterlijk nemen - het bleef bij materiële schade. “Er meldden zich spontaan snel enkele buitenlandse firma’s aan, die gespecialiseerd zijn in het herstellen van auto’s door stormschade,” aldus supervisors Sofie Sannen en Rudy Bartholomieux die de herstelactie coördineerden. “Op dinsdag werd de schade vastgesteld, op donderdag en vrijdag begon de organisatie voor het herstel al vorm te krijgen.”
Er mocht zeker niet getreuzeld worden. Elke auto had al een eigenaar die op hem wachtte. En die eigenaar verwacht een auto aan topkwaliteit, binnen de afgesproken leveringstermijn.
“Voor het uitbuilwerk werkten we samen met gespecialiseerde firma’s,” vertelt Rudy. “De medewerkers van Esdic deden het voorbereidende werk: auto’s aanvoeren, rapgard verwijderen, wassen, drogen, onderdelen demonteren,… “Ongeveer 10 procent van de motorkappen, of bijna 500 stuks, was in meer of mindere mate gedeukt. Ook sierlijsten, ruiten, achterlichten,… liepen schade op,” aldus Sofie.
Voor de uitzonderlijke klus werden ook een 30-tal interimarissen aangetrokken. De collega’s van Esdic en hun interimcollega’s kregen opleiding voor het demonteren van onderdelen, en sommigen hielpen ook bij het uitdeuken.” Eén van hen is Willem Berkmoes. “Het lijkt gemakkelijk, maar je moet toch enig geduld en voorzichtigheid aan de dag leggen,” vertelt Willem. “Als je fijngevoelig tewerk gaat en het gereedschap een beetje gewoon bent, lukt het goed.”
“Een tijdrovende bezigheid,” aldus Rudy. “Alleen voor het demonteren van bepaalde onderdelen ben je soms anderhalf uur bezig. Na het uitdeuken moet alles terug op zijn plaats gemonteerd worden. Elke auto kreeg tenslotte een volledige kwaliteitsinspectie. Zo kunnen we garanderen dat elke auto in perfecte staat vertrokken is. We werkten ook met een prioriteitenlijst, zodat de uitlevering van de auto’s slechts een beperkte vertraging opliep tegenover de beloofde leveringsdatum.”
De hele organisatie is bijgesprongen. Superintendent Geert Verwilst: “Er kwam niet alleen lokale ondersteuning uit Productie, Kwaliteit, Logistiek, Outbound en DSV, maar ook de collega’s uit Torslanda en de Zweedse Kwaliteitsorganisatie hebben ons de voorbije maanden bijgestaan om de auto’s zo snel en zo goed mogelijk te herstellen. Ik wil in het bijzonder de eigen Esdic-medewerkers danken voor de grote bereidwilligheid en flexibiliteit die ze getoond hebben. Toch niet vanzelfsprekend, in een periode waarin iedereen al aan het uitkijken was naar de vakantie.”
Sofie, Rudy, Pascale Pijnaert en alle andere collega’s van Esdic zijn terug een ervaring rijker. “Dit willen we niet meer meemaken,” klinkt het unaniem. En toch was het niet de eerste keer dat de natuur te sterk was voor onze – toch wel stevige - auto’s. Zo herinnert Pascale zich nog een zandstorm van een 10-tal jaar geleden, maar dit was nu wel extreem. Pascale: “Dergelijke natuurfenomenen zullen we helaas nooit kunnen uitsluiten. Alle auto’s in een overdekte parking plaatsen of hagelnetten hangen zijn een te grote investering, vrezen we.”
Eind goed, al goed dus, maar vanzelf is het allemaal niet gegaan. Elke auto werd na de herstelling grondig gekeurd, in overleg met de Zweedse kwaliteitsstaf. "Logisch," vond Geert Verwilst. "De klant moet gewoon een perfecte auto krijgen, niet meer, niet minder. De hagelschade is verzekerd, maar dat is uiteindelijk niet het belangrijkste - onze reputatie als premium automerk mag nooit in het gedrang komen. Ik denk dat Volvo Car Gent daar met glans in geslaagd is!"
[Conny Geldhof]